Mythes over de vrijmetselarij

Sinds het ontstaan van de vrijmetselarij heeft de organisatie te maken met felle tegenstanders, samenzweringsfanaten en suggestieve verhalen. de meest recente natuurlijk de uiterst succesvolle boeken van een mijnheer Brown. De verhalen beschuldigen de vrijmetselarij van het verbergen van buitenaardse wezens, het meespelen in globale samenzweringen en dubieuze rollen in de maatschappij. Leden zouden moeten drinken uit schedels, in duistere achterkamers beslissen over machtige posities en het leven van miljoenen beheersen.

Af en toe komt er weer eens een vrijmetselaarsorganisatie in het nieuws omdat ze dit dan weer categorisch ontkennen, maar meestal doet “de vrijmetselarij” er het zwijgen toe.

Het grappige is dat degenen die de beschuldigingen of ideeën uiten zonder uitzondering geen vrijmetselaar zijn, of aantoonbaar door andere drijfveren worden aangemoedigd.

Daarom een paar mythes over vrijmetselarij

MYTHE 1: Overal zijn vrijmetselaarssymbolen te vinden

De vrijmetselarij is rijk aan symbolen, maar zelfs historici bevestigen dat deze symbolen niet puur eigen aan de vrijmetselarij zijn. Vele symbolen zijn gelicht uit de Europese, klassieke en zelfs Joodse en Christelijke traditie. Vrijmetselarij geeft er een eigen draai aan.

Kijk bijvoorbeeld naar het Alziend Oog: een oog-symbool werd al gebruikt door de oude Egyptenaren, Grieken, Romeinen, etc. De vrijmetselarij heeft dit symbool genomen en er een eigen interpretatie aan gegeven. De afbeelding op het dollarbiljet is een reflectie daarvan: het ontwerp werd gemaakt door Pierre Du Simitiere die geen vrijmetselaar was. De uitleg ervan werd gegeven in 1782, toen gesteld werd dat het een symbool was van de "invloed van de Voorzienigheid op[ de Amerikaanse zaak".

De enige vrijmetselaar die iets met het ontwerp te maken had was Benjamin Franklin, wiens eigen ontwerp geen oog had en verworpen werd.

MYTHE 2: Vrijmetselaars komen van de Tempeliers

Er wordt op diverse plekken gesuggereerd dat vrijmetselarij af stamt van de Tempeliers, maar enig onderzoek leert dat dit idee pas -aantoonbaar- in de 18e eeuw voor het eerst werd geopperd. Ongeveer 5 eeuwen na het einde van de Tempeliers. Er worden vergelijkingen getrokken met het graden systeem, maar ook daar weer blijkt dat de Tempeliersgraden (of wat we daarvan weten) niet overeenkomen met de graden in de vrijmetselarij. De graden in de vrijmetselarij zijn exact hetzelfde als middeleeuwse gilde-graden. De Tempeliers werden opgeheven in de 14e eeuw, en de eerste vrijmetselaars kunnen pas aanwijsbaar in de 17e eeuw ontdekt worden: een gat van driehonderd jaar dat niet opgevuld kan worden.

Een expert op het gebied van de Tempeliers van Cardiff University heeft hier ook al wat woorden aan gewijd: “Er is geen enkele manier waarop die twee iets met elkaar te maken hebben".

MYTHE 3: Vrijmetselaars verbergen de Tempelierschat

Een van de verhalen die in de 20e eeuw opgang deed was de suggestie dat vrijmetselaars de Tempelierschat verbergen. Dat zou dan via Rosslyn Chapel zijn gegaan. Ook daar wordt dit door historici met ontkenning beantwoordt. "Een mogelijke link tussen Rosslyn Chapel en de vrijmetselaars is pas ontstaan in de 19e eeuw, als gevolg van enthousiaste vrijmetselaars die overal iets in zagen. Zo werd de “Apprentice Column” die als symbool wordt aangehaald pas in de 19e eeuw zo benoemd. De link tussen Rosslyn chapel en de tempeliers is zo mogelijk nog dunner. Ondanks vele suggesties zijn er geen eenduidige Tempeliers of vrijmetselaarssymbolen in de kapel te vinden”.

Er zijn reeds verschillende onderzoeken geweest in en om Rosslyn Chapel: geen enkele heeft een link opgeleverd.

De Tempeliers waren weliswaar fabuleus rijk geweest, maar, zo stelt een historicus, ze werden opgedoekt in een tijd dat hun rijkdom al behoorlijke klappen had gehad, en omdat de Franse koning dringend geld nodig had. Zo er sprake is van een "schat" zal de Franse en andere heersers deze zich al snel toegeëigend hebben.

MYTHE 4: De straten van Washington zijn vrijmetselaarssymbolen

Washington D.C. is ontworpen door de Franse Pierre L'Enfant (geen vrijmetselaar). het is geen historisch gegroeide  stad, maar uitgelegd op basis van een plan. Hoewel vrijmetselaars een actieve rol hebben gespeeld in het ontwerp van het Witte Huis en een groot aantal andere gebouwen, wordt zelfs door vrijmetselaars niet aangenomen dat men iets te maken heeft gehad met het grondplan van de stad. Onduidelijk is ook wat het doel zou zijn van een dergelijke exercitie.

MYTHE 5: Vrijmetselaars regeren de wereld

De leden van een vrijmetselarij tellen behoorlijk wat prominenten onder hun rangen. Dat zou genoeg zijn voor sommige samenzweringsfanaten om te zeggen dat er een soort geheime groep is die de wereld regeert. Een beetje een studie van de organisatie geeft al een indicatie van de gedecentraliseerde natuur van de vrijmetselarij die, zoals elke organisatie deskundige toegeeft, juist een struikelblok vormt voor het efficiënt management van wat dan ook. Elk land kent een of meerdere Ordes of Grootloges met geen tot nauwelijks een onderlinge afstemming. Elke Grootloge is autonoom en mag zelf allerlei beslissingen nemen. Daaronder hangen de loges met ook weer allerlei autonome bevoegdheden. Internationaal wordt het ook nog eens gecompliceerder omdat de verschillende Grootloges niet alleen elkaar nog wel eens tegenspreken, maar ook omdat ze zelfs elkaar niet eens willen erkennen.

Vrijmetselarij wordt bepaald door het aanhangen van gelijksoortige waarden, maar dat impliceert niet een gelijksoortige en eenduidige hiërarchie: dat zijn twee verschillende zaken.

MYTHE 6: Vrijmetselarij is een religie of een sekte

Vrijmetselarij verbiedt elke discussie over religie of politiek in haar regels. Ondanks de vaak wat bijzondere terminologie en het lenen van symbolen uit het Christen- en Jodendom kent de vrijmetselarij geen theologie, en biedt het geen pad naar verlossing of andere goddelijke beloningen.

Het succes van de vrijmetselarij in sommige tijdsgewrichten en culturen kan voornamelijk geweten worden aan het feit dat in deze organisatie verschillende geloven op gelijke voet naast elkaar konden zitten zonder dat er direct een conflict uit brak.

MYTHE 7: Vrijmetselaars zitten achter de Franse en Amerikaanse revolutie

Hoewel het waar is dat prominente vrijmetselaars betrokken waren bij beide revoluties lijkt deze mythe een paar zaken te vergeten. Vrijmetselarij ontstond in Engeland, en had bij de Amerikaanse Revolutie aanhangers aan beide zijden van het conflict. In de Franse revolutie was dit ook het geval. De claim dat beide revoluties hun oorsprong vinden in de vrijmetselarij wordt door vrijmetselaars geclaimd, doch bestudering levert al vrij snel op dat de eerste claims hierover vaak pas honderden jaren na afloop ontstonden, als -toevallig- alle directe getuigen al overleden waren.

MYTHE 8: Lidmaatschap vraagt dubieuze connecties en handelingen

In tegenstelling tot de beelden die wel eens ontstaan hoeven vrijmetselaars geen wijn te drinken uit schedels, adverteren zij hun lidmaatschap niet met handsignalen, en dragen ze geen ingewikkelde kostuums of pijen bij hun ritualen.

“De bijzondere handdrukken zijn er, maar die worden tegenwoordig alleen nog maar in een loge context gebruikt”. Vrijmetselaars kunnen vrijelijk tussen loges bewegen, en om elkaar te herkennen, zo ze dat nog niet doen, zullen ze bepaalde uitdrukkingen gebruiken. Wat volgt is geen ingewikkelde signalen, maar een eenvoudig vragen en feest der herkenning”.

Wereldwijd zijn er zo'n 5 miljoen leden, het is niet echt rationeel te noemen om dit als de kleine elite te betitelen.

In tegenstelling: in de meeste Westerse landen zijn vrijmetselaars vrij open over het bestaan van hun organisatie en het feit dat ze lid zijn. Dit was wel eens anders, maar dat was het gevolg van het feit dat zonder uitzondering autoritaire regeringen niet zo vrolijk worden als burgers achter gesloten deuren openlijke gesprekken voeren.

© 2024 Loge Sint Jan

Log in with your credentials

Forgot your details?